Woonhuis Jacobs-Kester

Klassiek en statig, maar ook gezellig en een ‘huis om thuis te komen’. Dat waren de woorden die Joris Molenaar van Molenaar&Co architecten meekreeg van de bewoners van een jaren 50-woning in Ulvenhout. De kleine, vrijstaande woning had drie jaar leeg gestaan en moest plaats gaan bieden aan het gezin met drie kinderen en een kantoor aan huis. De woning was wit geschilderd, had twee lagen met een flauw hellend zadeldak en een entree in het midden van de voorgevel. 

 

Omdat er behoefte was aan meer ruimte, werd het woonoppervlak van het huis verdubbeld. Molenaar: “De gevels werden hiervoor verhoogd en het huis werd naar achteren uitgebreid. Om de plattegrond van de woning veel opener te maken, werd de oude, centraal gelegen entree verplaatst naar de zijkant van de woning. Zo is de woning niet langer in kleine vertrekken verdeeld door de entree, maar ontstond een huis met veel ruimte en één groot woonvertrek.” Op de plek van de entree kwam een erker, die dient als speelplek voor de kinderen en onderdeel is van de grote woonkamer. Vanuit de erker kan de voortuin betreden worden, waar speeltoestellen voor de kinderen staan. Op de eerste etage bevinden zich de slaap- en badkamers voor de kinderen. De zolder is de tweede slaapverdieping. Het kantoor kwam op de plek van de voormalige garage en werd onderdeel van huis en entree. Kantoor en huis omsluiten samen de ondiepe patio, die door alle openslaande deuren echt bij het huis betrokken wordt. 

 

In de woonkamer bevindt zich ook de keuken en een centraal trappenhuis naar de verdiepingen. Bewoner Joost Jacobs: “De keuken wilden we centraal in het huis, met het kookgedeelte aan de achterkant. Dit vergde een slimme oplossing omdat de afvoer niet zomaar weg kon. Nu zit er een verlaagd plafond boven de keuken met de afzuiging en spotjes er in verwerkt.” Ook aan de rest van het interieur is veel zorg besteed: op één gedeelte is op de gietvloer een verhoogd houten eiland gemaakt, waar zich de zithoek bevindt. Het hout van dit zitgedeelte loopt verderop door in een dressoir. In het centrale trappenhuis is een voorraadkast verwerkt. 

 

De woning is van buiten wit gestuukt en dat leek aanvankelijk problemen op te leveren met de aansluiting op de kozijnen. Volgens de stukadoor was dit niet mogelijk. Molenaar: “In het buitenland worden huizen veel vaker gestuukt, maar daar worden de ramen van binnenuit geplaatst, dat is makkelijker.” Een extra aluminium profiel van Reynaers om de kozijnen heen bood uitkomst. De aluminium kozijnen werden ook gekozen omdat ze onderhoudsarm zijn. “Daar hebben de bewoners bewust in geïnvesteerd. Alle gebruikte materialen zijn onderhoudsarm, dat geldt bijvoorbeeld ook voor het gepatineerde zink en de polyester betonplaat met daaronder isolatieplaten onderaan het huis”, zegt Molenaar. De kozijnen werden geplaatst door gevelbouwer Gruijters Aluminium v.o.f.

 

De nieuwe erker loopt door in een eveneens nieuw balkon. Dit zorgt samen met de dubbele openslaande deuren rondom voor een klassiek, statig en symmetrisch huis. Het verticale lijnenspel in de kozijnen en de pilasters in de gevel vergroten deze statigheid. “Het lijnenspel in de kozijnen wordt bovendien versterkt door de oppakstrips”, vertelt Molenaar. “Deze vormtaal komt ook terug in de felsen van de dakkapel en in het balkon.” Molenaar vindt de erker de mooiste plek van het huis, zowel van binnen als van buiten: “Maar erker en balkon bleken nog wel een uitdaging, omdat de onderkant van de pui geïsoleerd moest zijn terwijl de bovenkant natuurlijk buiten zit. Gelukkig bleek dit op te lossen.” Om regenwater van de erker weg te voeren, moest ook een slimme oplossing worden bedacht. “Deze afvoer mocht niet in het zicht”, vertelt Molenaar, “want dan zouden we nergens afvoerpijpen hebben gehad behalve aan de erker en dat zou jammer zijn.” Daarom werd de afvoer van de erker binnendoor aangesloten op het riool en geïsoleerd om  koudebruggen en dus condens binnen te voorkomen. Het resultaat van de inspanningen van architect én bewoners mag er zijn. Molenaar: “Ik heb het zelden zo mooi bij elkaar gekregen, daar ben ik echt trots op.”